Categorie archieven: Spanje 2011

De klimmers in actie

Wim, Joost en Bas fietsen hier omhoog. Cameraman Wim heeft het gebrek aan een professionele cameraploeg creatief opgelost.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

De buff in tweeën

De pelgrims hadden een multifunctionele buff meegenomen: te gebruiken als sjaal, muts of als bandana. Het was echter zo warm onderweg, dat deze functies eigenlijk overbodig waren. De buff werd doorgeknipt. In de filmpjes hieronder is te zien welke nieuwe functie de buff heeft gekregen.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Tui – Barcelos

Om half drie in de nacht wordt de nachtrust van de broers verstoord. Door een enorme gil zitten alle pelgrimsgasten verschrikt rechtop in bed. Op één na, die ligt namelijk op de grond! Deze Engelse meneer is van het ruim 2 meter hoge stapelbed naar beneden gevallen. De consternatie is groot, hulp wordt snel geboden en wonder boven wonder blijkt de man niets te mankeren. Ook de gillende vrouw, waar de man naast was geland, is weer tot bedaren gebracht. Na zo’n 10 minuten is de man weer bij zijn positieven en klimt eigenhandig twee meter omhoog om zich op de plek des onheils neer te vleien alsof er niets gebeurd is.

Het kost enige tijd voordat Joost de slaap weer kan vatten, op zijn hoge stapelbed zonder opstaande randen. Wim, die op een benedenbed ligt, is druk bezig aan een oplossing voor het voorval. Zo te horen worden de poten onder het stapelbed afgezaagd!

Om half zeven staan de broers op en voor achten zitten ze alweer op de fiets richting Portugal. Op gepaste afstand worden ze met saluutschoten verwelkomd door het Portugese leger als ze de brug over de Rio Minho overfietsen en voor het eerst in hun leven de Portugese grond betreden. In het plaatsje Valenca de Minho zetten de broers eerst de horloges een uur terug. Vanaf nu zal het ’s morgens bij het ontwaken licht zijn. In Spanje was het rond zes uur ’s morgens nog behoorlijk schemerig. Vandaag hebben Joost en Wim dus een uurtje extra, dus passen ze zich aan: ze drinken een keer extra koffie. Met kleine cocosmacroontjes! Lekker.

Portugal!

Portugal!

Zo ver als mogelijk volgen Wim en Joost de camino Português. Waar hij voor fietsers niet begaanbaar is, passen ze de route aan, bij voorkeur over de witte en gele wegen die ze op hun kaart zien. In Ponte de Lima fietsen ze de gele 306 op. Een mooie fietsweg, redelijk bochtig en afwisselend stijgen en dalen. Op deze weg worden de broers ongevraagd betrokken bij een schadeongeval.

Wim en Joost rijden tijdens een klim met geruime tussenafstand achter elkaar. Achter hen rijdt een auto die gaat passeren, en voor hen komt er een tegenligger aan. De achteropkomende auto passeert Joost, maar in plaats van tussen Joost en Wim in te voegen zet deze toekomstige klant van Hanso Anderso zijn passeerbeweging door. Om een ongeluk te voorkomen, rest de tegenligger niets anders dan sterk afremmend zijn auto met de zijkant tegen de vangrail te zetten.

De broers schrikken zich wezenloos van het angstaanjagende geluid van vervormend blik. De auto die hen gepasseerd is stopt iets verderop. De chauffeur van de zwaar beschadigde auto stapt uit. Op dat moment rijdt de andere chauffeur, die alles veroorzaakt heeft, door! Voordat Wim en Joost van de schrik bekomen zijn, zien ze de auto verdwijnen achter de bocht, de broers in verbijstering achterlatend.

De chauffeur van de beschadigde auto stapt snel weer in. Het kost hem de nodige moeite om zijn auto los te wrikken van de vangrail. Als een speer rijdt hij door, tot hij verderop kan keren. De broers zien hem daarna als een dolleman met gillende banden door de bochten gaan en ze houden hun hart vast. Naderhand zien ze hem nog eenmaal terug, als hij hen tegemoet rijdt. Zijn achtervolging is zinloos geweest. Hopelijk bestaat er in Portugal ook zoiets als een garantiefonds, anders is het wel erg sneu. Je voorkomt een ongeluk en blijft vervolgens met een enorme schadepost zitten. Schandelijk!

Tijdens de lunch in een mooi parkje begint de lucht steeds meer te betrekken en horen de broers gerommel in de verte. Als ze weer onderweg zijn begint het iets te regenen en te onweren. Om niet in de onweersbui verzeild te raken bivakkeren de broeders 20 minuten in een bushokje. Vanuit de schuilplaats zien ze dat er ook Portugezen zijn die zeer kerst-minded zijn. De complete kerstversiering hangt nog voor de ramen en aan de gevel.

Als ze in Barcelos, de stad van de kippen, aankomen, is het grote plein bij het centrum feestelijk versierd. Ook is er een mooi en lang downhillcircuit aangelegd voor fietscrossers, waar de een na de ander naar beneden komt zeilen. Vele vrijwilligers leiden alles in goede banen, zodoende kunnen Wim en Joost tussen de rijders door het circuit oversteken. Op naar de tourist info!

Bij de tourist info krijgen ze het adres van een niet-officiële auberge. Het is een gebouw van een folkloristische dansgroep met een slaapzaal voor 22 personen. Ook de overige voorzieningen zijn hier oké. Er is helaas geen keuken om een maaltijd te bereiden. De broers schrijven zich in en mogen een bed uitzoeken. Ze hoeven niet lang na te denken en kiezen, gezien de ervaring van de afgelopen nacht, voor de laatste twee bedden beneden.

Nadat de broers het stof van de dag van zich hebben afgespoeld gaan ze de stad in en drinken een kopje koffie. Daarna op zoek naar een eetgelegenheid, maar het valt tegen om voor half negen een warme maaltijd te krijgen. Wim en Joost vinden een restaurant waar ze op de eerste verdieping op een overdekt terras kunnen zitten. De temperatuur is daar nog aangenaam. De tafel wordt keurig gedekt door een zwijgzame maar vriendelijke ober. Buiten het gebruikelijke mandje met brood, krijgen ze ook nog een schaaltje boter, een schaaltje olijven en een soort kikkererwtensalade. Naderhand wordt er nog een schaaltje geserveerd met daarop voor ieder drie warme hapjes. Voor de nodige vitaminen bestellen de broers een salade als voorafje. Voor het hoofdgerecht zijn twee vissen uitverkoren om op de borden van de Van der Males te mogen liggen. De droge witte wijn van het huis is prima.

Wanneer ze een flesje wijn bij de maaltijd nemen, moet Joost vaak denken aan de woorden van Adinda en Hans toen ze onlangs een vispotje zijn komen eten: “Een wijntje bij een visje maakt het tienmaal lekkerder”. Joost begint zo langzamerhand te denken dat ze gelijk hebben! Ook nu is de vis weer voortreffelijk. Wat kunnen de Spanjaarden en Portugezen toch voortreffelijk vis bereiden!

Rond half tien zijn de broers weer terug in de auberge, waar de medepelgrims al in diepe rust zijn. Enigszins vermoeid, voldaan en met een gerust gevoel leggen de broers zich neer op de benedenbedden voor een ongestoorde nachtrust.

Geplaatst in Portugal 2011, Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Cardalda – Tui

Rond half negen in de ochtend vertrekken Joost en Wim richting Tui, het einddoel voor vandaag. Ze vervolgen de kustweg nog tot Cambados, daarna gaan ze landinwaarts via Barrantes naar Mosteiro. Omdat één van Wim zijn voortassen schade heeft opgelopen en nu met een touwtje aan zijn lowrider vastgebonden zit, gaan de broers naar de plaatselijke Ford garage voor een betere oplossing. De twee monteurs van Van der Male BV (voor al uw garagedeuren en kleine fietsreparaties) hebben zelf wel een idee hoe ze het graag opgelost willen zien, maar zijn overgeleverd aan de deskundigheid van hun Spaanse gastheer.

De monteur rommelt wat in verschillende laatjes en komt terug met een forse parker en een schroevendraaier. De broers kijken enigszins bezorgd toe als de man met forse slagen de parker op zijn plaats manouvreert. De boel zit weer vast, alleen steekt de parker een centimeter de tas in. Geen gezonde toestand voor de slaapzak en het matras. De Spanjaard rommelt nog eens in zijn laatjes en komt terug met een plastic kapje dat over de parker wordt gedraaid. “Protection”, zegt hij, en de broers beamen dat. “Si, protection, quanta costa?” De man antwoordt: “Nada.”

De broers vervolgen de tocht richting Pontevedra waar ze dwars door de stad moeten. Dit lijkt goed te gaan, totdat de weg waarop ze rijden overgaat in een vierbaansweg. Ze moeten terug, lopend wel te verstaan, tegen het verkeer in. Terug in de stad komen ze met behulp van een chauffeur op de goede kleine uitvalsweg richting Bertola. In de grotere plaatsen valt het vaak niet mee om de kleine uitvalswegen te vinden, er is namelijk geen enkele verwijzing naar.

Via kleine weggetjes rijden Wim en Joost naar Redondela, waar ze ingrediënten kopen voor de lunch en een kaars kopen. Al sinds de broers in Santiago arriveerden wil Wim zijn belofte nakomen om een kaarsje op te steken voor Carla. De kerken die de broers in Santiago bezochten hadden allemaal elektrische kaarsjes. Dat vinden de Van der Males maar niks. Het is een beetje kermisachtig, je gooit een euro in een sleuf en er flikkeren wat lichtjes op. Daar kun je geen goed gevoel aan overhouden. Na Santiago zijn Wim en Joost nog bij vele kerken geweest. Veelal gesloten, maar de enkeling die open was had ook elektrische kaarsjes. Vlak voor Tui, in het plaatsje Virxe do Camino, zien ze een mooi kerkje. Een mevrouw is bezig bloemen te schikken en de broers vragen of ze de meegebrachte kaars hier aan mogen steken. Ondanks dat hier ook elektrische kaarsjes staan, mag het. Wim is opgelucht dat er nu eindelijk een kaarsje voor Carla brandt. Weliswaar niet in Santiago, maar in het kerkje van Virxe do Camino, waar een weldadige rust heerst.

In Tui rijden de broers rechtstreeks naar de tourist information die zowaar geopend is. De informatrice spreekt goed Duits en dat is prettig. Ze krijgen informatie over enkele pensions (duur!) en ook over de auberge voor pelgrims (goedkoop!). Wim en Joost kijken eerst bij de auberge of er plaats is. Dat is er nog volop. Ze schrijven zich in en krijgen voor vijf euro per persoon een bed toegewezen. Op de zaal kunnen maximaal 18 personen overnachten.

Een schoon overtrek voor het matras en een hoofdkussen worden aan de broers meegegeven. De fietsen worden op een binnenplaats gestald. Alle benodigde voorzieningen zijn aanwezig. Er is echter geen keuken. Dat wordt vanavond weer een menu del dia!

In het centrum van de stad pikken de broers eerst een terrasje voor een drankje en een schaaltje olijven. Het zoutgehalte moet op peil blijven bij zulk warm weer! Rond half negen ’s avonds kijken ze rond of er ergens een eetgelegenheid is waar ze kunnen dineren. Na een kleine speurtocht valt hun oog op een Chinees restaurant. Van de menukaart die buiten hangt worden ze niet veel wijzer. Ze zien wel dat een menu del dia op de kaart staat en besluiten zich te laten verrassen.

De bedienden heten de broers vriendelijk welkom en loodsen hen naar een tafeltje voor twee. Ze zijn de enige klanten. Ze bestellen wat te drinken en kiezen het dagmenu. Vervolgens krijgen ze een groene salade, een loempia, een schaaltje nasi, een licht gepaneerde kippenschnitzel, een schaaltje aangeklede mie, een ijsje en een koffie en thee. Inclusief de consumptie betalen ze in totaal €16,95.

Als de broers rond half tien naar de auberge lopen, zitten alle terrassen nog stampvol en worden de tafels in gereedheid gebracht om te gaan eten. Lopend door een kakafonie van geluid bereiken ze de auberge aan de zijkant van de kathedraal. In deze beschutting moet het vannacht goed toeven zijn!

Geplaatst in Spanje 2011 | 2 reacties

Noia – Cardalda

Het is donderdagochtend 2 juni en de broers ontbijten in het hotel, waar ze geroosterd brood met gebakken eieren en een kop koffie voorgeschoteld krijgen. Vanuit Noia volgen ze de pelgrimsroute richting Portugal. Ze rijden daar de camino in tegenovergestelde richting. Het routeboekje wijst ze naar het plaatsje Padron, een afstand van 28 kilometer. Ruim meer dan de helft is klimmen, de rest is een afdaling over een niet al te beste weg, oppassen geblazen dus!

Na die rit wordt er koffie gedronken op een zonovergoten terras en ongevraagd krijgen ze elk een plakje cake, een wafeltje en een koekje erbij. Lekker snoepen dus. De kosten? In totaal twee euro. Dat is wel even wat anders dan een stukje tarte de Santiago voor 3,80!

In Padron verlaten de broers definitief het routeboekje en oriënteren zich verder op de kaart van Portugal. Dat is even wennen, omdat heel veel kleine plaatsjes niet op deze kaart voorkomen. Verder kijken dan je neus lang is, is hier het devies.

Van Izaak en Riet hebben de broers gehoord dat er een camping is in Vilagarcia de Arousa. Dit ligt op zo’n 54 kilometer van Noia. Een kort traject vandaag en dat komt goed uit, want Joost en Wim willen de was doen en hebben nog een aardig deel van de verslaglegging in te halen. In Vilagarcia de Arousa lunchen ze op een bankje aan de Mauen.

Het is één en al bedrijvigheid. De kokkelvissers komen binnen en brengen hun vangst naar een soort visafslag. De kokkels die in netjes zitten worden hier gewogen. De visser krijgt hier een bewijs van en stort de kokkels vervolgens in een plastic bak, en doet het bewijsje erbij. Tegen de tijd dat de broers verder gaan, staat de hal al behoorlijk vol met bakken van allerlei groottes. De inhoud varieert van 1 tot 10 kilo. Kopers zijn er ook, voornamelijk eigenaren van viswinkels en restaurants.

Eenmaal weer onderweg kijken de broers goed uit naar bordjes met campings erop, maar zien niets. Een mevrouw helpt hen op weg door te zeggen dat ze de kustweg moeten blijven volgen. Inmiddels zijn ze Vilagarcia alweer uit en hebben zo’n drie kilometer langs een industrieterrein gereden. De twijfel slaat toe dus gaan ze het nog maar eens vragen. Ditmaal in een cultureel centrum.

Joost en Wim krijgen te horen dat ze op de goede weg zitten, maar dat het zeker nog 15 kilometer verder is. Voor alle zekerheid raadplegen ze een collega die ervan overtuigd is dat ze slechts de helft van die afstand hoeven te fietsen. Dat klopt vrij aardig, want na 8 kilometer rijden ze de door Izaak en Riet geselecteerde camping op. Ze mogen zelfs een plaats uitzoeken en later komen om in te schrijven en te betalen.

Bij het zoeken naar een geschikte plaats valt op dat er onder een bepaald soort bomen veel zaadbolletjes liggen in de vorm van elzenproppen, zoals we die in Nederland kennen. De broers pakken de spullen van de fietsen en spreiden het grondzeil van de tenten op de grond. Joost kijkt naar zijn sandalen en denkt: “Getverderrie, hondenstront! Wie laat zijn hond nou op de camping poepen?”

Als ze nog eens goed kijken blijkt het geen hondenpoep te zijn, maar zijn het de zogenaamde elzenproppen. Deze bevatten net als een vijg een kleverige substantie met zaadjes. Snel verkassen ze naar een minder mooi maar proploos plaatsje onder een plataan. De kleverige substantie krijgen ze met veel moeite vanonder het schoeisel vandaan. Als de was in de wind wappert en de broers zich gedouchet hebben, gaat Joost nog even met het tekeningetje langs de receptie.

Zo, de tafel en de stoeltjes zijn ook weer geregeld en ze krijgen er nog een gulle lach van de campingmevrouw bij. Als Joost zijn secretariële werk weer oppakt gaat Wim boodschappen doen in het nabijgelegen Eroski-center. Na een uitgebreide maaltijd buiken ze nog even uit bij een kopje koffie en gaan daarna naar bed. Ze doezelen weg op het gekwetter van hun Spaanse medekampeerders die, zo hebben de broers ervaren, vaak tot middernacht hun spreekvaardigheid op peil houden.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Finisterre – Noia

Als de broers na het ontbijt de fietsen uit de garage willen halen, blijkt de afstandsbediening verdwenen te zijn. Die moet gisteravond door de man meegenomen zijn. Technisch als ze zijn, rukken ze de garagedeur uit zijn aandrijving en kunnen ze hem handmatig openen. De fietsen naar buiten, deur weer dicht, aandrijving opnieuw aansluiten en klaar is Kees! De vaders zijn niet voor één gat te vangen.

Al vóór acht uur draaien de trappers alweer lustig in de rondte en genieten ze van de prachtige uitzichten die langs de kustweg opdoemen. Na zo’n 40 kilometer, bij het plaatsje Lira, hebben ze voor de laatste keer zicht op de Gabo Finisterre.

De kustweg die de pelgrims volgen is verre van vlak en wijkt regelmatig af van de kustlijn. Ze vullen hun brandstof aan met een royaal bepoedersuikerde koek. Dat wordt vanavond weer kleren wassen! Tijdens het eten stoot Wim per ongeluk zijn fietscomputer van zijn fiets, die pardoes twee meter naar beneden valt in een tuin tussen de rozenstruiken.

Wim loopt een stukje terug waar de hoogte wat minder is en springt naar beneden om daar te zoeken naar het apparaatje. Als Wim gehurkt onder de rozenstruiken aan het zoeken is, komt er een man de tuin in lopen. Zijn ogen schieten vuur. De broers verstaan hem niet maar zijn lichaamstaal spreekt boekdelen. Ongevraagd zijn tuin betreden is een doodzonde! En wat deed Wim daar op zijn hurken?

De man maakt zich steeds drukker en gebaart dat Wim de tuin moet verlaten. Rapido por favor! Joost pakt snel zijn fietscomputer. Hij toont die aan de man, wijst naar de rozenstruik en zegt: “Componenta bicycletta la!” Joost moet het zeker drie keer herhalen voordat het tot de man doordringt dat Wim zijn computertje zoekt en niet van plan is om de tuin te gaan bemesten.

De man wordt op slag vriendelijker en Wim mag blijven zoeken. Terwijl hij zich omdraait en een paar passen van de broers verwijderd is, vindt Wim zijn componenta en roept een bevrijdend “YES!”. Hij steekt hem omhoog om aan de man te tonen waar ze naar op zoek waren. Hij kijkt, lacht vriendelijk en maakt een gebaar naar Wim dat hij goeie ogen heeft. Brigadier Dog had gelijk toen hij laatst zei dat Wim een verkenner was!

De broers fietsen verder langs de kust tot Noia, waar ze willen overnachten in een pension. Campings zijn hier niet. Ze proberen de tourist info te vinden, maar worden bij navraag van het kastje naar de muur gestuurd. Na zo’n drie kwartier zijn ze het spuugzat en strijken neer op een terras voor een ijsje. Aan de mevrouw die hen bedient stellen ze ook de vraag. Ze wijst naar een soort kiosk op het plein en zegt “Closed”. De broers weten genoeg, eten hun ijsje op en volgen de bordjes naar Hotel Noia. Daar krijgen ze een mooie schone kamer voor 35 euro.

Op advies van de hoteleigenaresse gaan ze eten in een visrestaurant. Een prima advies, blijkt achteraf. Vooraf krijgen de broers Langoustines en als hoofdgerecht ieder twee grote moten tarbot die perfect gebakken is. Dit alles moet wel besprenkeld worden met een flesje droge witte wijn!

Terug op de hotelkamer hebben de broers nog contact met Izaak en Riet. Ze willen verder fietsen naar Portugal, en Izaak en Riet zullen kijken wat de mogelijkheden zijn voor de broers om onderweg te kamperen.

Tot slot nog een raadsel: Twee broers rijden een helling met 3% naar beneden, en moeten toch bijtrappen om beneden te komen. Ra, ra, hoe kan dat?

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Santiago – Finisterre

Na een winderige en buiige nacht en een staand ontbijt, worden de pelgrims Van der Male uitbundig uitgezwaaid door Klaas en Bas. Het is tijd om richting het einde van de wereld te fietsen.

Ondanks de plattegrond van de stad kost het enige moeite om de juiste uitvalsweg te vinden. Dat de broers niet op de fiets door een bepaalde tunnel mogen rijden, wordt hen luid toeterend kenbaar gemaakt door de andere weggebruikers. Gelukkig vinden ze al snel een alternatief. Met behulp van een wegwerker en een vriendelijke meneer van een garage vinden ze uiteindelijk de goede weg uit Santiago.

De broers hebben een alternatieve route uitgestippeld naar Cabo Finisterre. Ook deze route is aan de pittige kant, het is en blijft tenslotte een bergachtig land. Via Bertamirans, Nesreira, Apareira, Bainas en Bustelo komen ze in Cee. De camping is hier nog gesloten, dus rijden de pelgrims verder. Regelmatig komen ze bordjes tegen van de tourist info, maar alles is gesloten. In Sardinero de Aibaxo komen ze langs een camping waar het hek open staat en ze bezig zijn om de campingwinkel te bevoorraden. Op de vraag of er overnacht kan worden, krijgen Los Vandermalos nul op rekest. Morgen kunnen ze wel terecht, want dan gaat hij officieel open voor het seizoen.

De broers besluiten door te fietsen tot het einde van de camino, namelijk Gabo Finisterre. Na een laatste klim van ruim twee kilometer zijn ze aangekomen bij het caminopaaltje waarop staat “0,000 km”. Het doel is bereikt!

Wim en Joost zijn officieel bij het eind van de wereld

Wim en Joost zijn officieel bij het eind van de wereld

Een aardige Taiwanese dame maakt wat foto’s van de trotse broers op dit moment supreme. Ze hadden gehoopt dat de vuurtoren open zou zijn voor een mooie stempel, maar helaas kan dat alleen maar op zaterdag en zondag.

Ze stappen weer op de fiets en rijden terug naar het plaatsje Fisterra, om iets te vinden voor de nacht. In een winkel onder een pension vragen ze naar een kamer. Helaas, het pension is complet. Een aardige mevrouw die ook in de winkel aanwezig is, heeft wel een oplossing. Op een briefje schrijft ze: “Hotel €40,-“. De broers knikken en besluiten met haar mee te gaan in de veronderstelling dat ze hier in de buurt moeten zijn, in het centrum. Niets blijkt echter minder waar.

De fietsen voortduwend lopen de broers achter de vrouw aan door smalle straatjes, steeds verder omhoog. Ze wijst naar een groot huis met vele balkons, daar zal het wel zijn! Niet dus. Wim en Joost lopen inmiddels aan de rand van het dorp. Ze kijken elkaar eens aan en denken hetzelfde: “Waar komen we nou weer terecht?” Ze zien in de verste verte niets wat op een hotel zou kunnen lijken.

Dan wijst de vrouw hen op een groot nieuw huis, iets verderop in een doodlopend weggetje. Een jonge vrouw staat bij de woning te wachten. De broers vermoeden dat dat de dochter is van de vrouw die hen de weg wijst. De garagedeur van een grote inpandige garage staat uitnodigend open. Plenty ruimte voor de fietsen, want er staat verder niets in. Vanuit de garage gaan ze twee trappen omhoog, naar de begane grond. Daar kunnen ze kiezen uit twee kamers, waarvan één met uitzicht op zee (daarvoor moet je wel in de hoek van de kamer gaan staan, maar toch). De overige zes kamers hebben allemaal een tweepersoonsbed. Wim en Joost krijgen naast de kamersleutel ook een sleutel van de terrasdeur en de elektronische afstandsbediening van de garagedeur. De jonge vrouw verzoekt hen om de volgende morgen bij vertrek dit alles op een kastje in de hal te leggen. Ze krijgen de mededeling dat de warmwatervoorziening over een kwartier op temperatuur zal zijn. De dames verdwijnen zonder adres of telefoonnummer achter te laten.

De broers hebben het hele huis voor zich alleen, er is verder niemand en voor zover ze het kunnen inschatten heeft er niemand hier ooit eerder overnacht. Alles is spiksplinternieuw en pas ingericht. Hier en daar zijn zelfs nog wat prijskaartjes aanwezig.

Op de begane grond hebben ze de beschikking over een grote zitkeuken. Deze is nog niet helemaal ingericht, maar het is goed genoeg voor de mannen die gewend zijn geraakt aan stenen tennistafels en plastic tuinstoelen. Omdat de warmwatertemperatuur maar mondjesmaat oploopt, hebben ze zelf de thermostaat van de oliegestookte ketel wat hoger gezet en zijn ze eerst het dorp ingelopen om wat te gaan eten en de nodige boodschappen voor morgenochtend te halen. Tevens gaan ze langs de auberge Peregrinos voor een stempel en krijgen ze hier een tweede apostolaat. Vanaf Nijkerk tot Cabo Finisterre hebben ze in totaal 2840 kilometer gefietst.

Weer in het huis aangekomen, loopt er een jonge man rond. Hij hoort ook bij de familie. Hij heeft, zo blijkt achteraf, alle overige kamers afgesloten. Hij groet de broers vriendelijk en verdwijnt weer. In de grote keuken eten de pelgrims nog een lekker toetje, knabbelen wat nootjes weg en concluderen dat het water inmiddels warm genoeg is om te douchen. Als goede huisbewaarders controleren ze of alles afgesloten is en leggen zich ter ruste op de nog nooit beslapen matrassen van Ikea.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Santiago – Santiago

Het is maandag 30 mei en de gevierde pelgrimsbroers gunnen zich wat extra nachtrust. Ze slapen vandaag uit: om 7:00 staan ze op. Het ontbijt is vandaag een staande receptie onder het afdak van een toiletgebouw dat nog niet in gebruik is. Vanaf nu kunnen de broers Klaas ook weer van warm water voorzien voor een kopje thee. Klaas was een dag eerder dan Wim en Joost in Santiago. Hij toont zich een goede gastheer, want toen de pelgrims gisteren aankwamen in Santiago had hij de koffie klaar staan!

Vandaag gaan Wim en Joost de stad in om nog wat inkopen te doen. Ze drinken koffie in een café-restaurant waar het hele interieur uit omstreeks 1900 stamt. De broers hebben het idee dat dat ook voor de ober geldt. Die is namelijk nogal vergeetachtig. De prijzen zijn echter niet blijven steken in 1900, die zijn behoorlijk bij de tijd. Een kopje koffie was nog redelijk geprijsd, maar het stukje Tarte de Santiago was met 3,70 euro aardig aan de prijs. Zo’n 8 gulden voor een stukje taart, alsof Sint Jakobus het zelf nog had staan bereiden in de keuken.

Na de koffie spoeden de broers zich naar de kathedraal om de dagelijkse pelgrimsmis bij te wonen. De hele dienst was in het Spaans, dus veel verstonden ze er niet van. Op een gegeven moment werd gevraagd om als teken van broederschap degene die naast je stond de hand te schudden. Een mooi moment. De mis werd besloten met het slingeren van het grote wierookvat. De broers hebben geluk dat ze dit mee mogen maken, want dit is geen dagelijks gebeuren in de kathedraal van Santiago.

Het wierookvat slingert in de zijbeuken van de kathedraal. Wim en Joost staan helaas niet op een plaats waar ze het spektakel goed kunnen zien. Brigadier Dog heeft, hoe kan het ook anders, wel een strategische positie ingenomen en heeft een fraai kort filmpje gemaakt.

Bij een plaatselijke boekhandel en bij het bureau voor toerisme halen de broeders informatie voor het vervolg van de fietstocht, richting Finisterre. Na Finisterre willen de broers nog doorrijden over de camino die door Portugal loopt, ze hebben namelijk nog wat dagen over en nu ze toch in de buurt zijn willen ze wel wat van Portugal zien. Bovendien fietsen ze Izaak en Riet tegemoet, waar Joost en Wim in de auto mee terug zullen rijden naar Nederland. Op het plein voor de kathedraal van Santiago maken Joost en Wim nog wat foto’s, en zien ze Bas uitbundig naar boven zwaaien. Bas heeft met het thuisfront afgesproken zich op de webcam van Santiago te laten zien en zwaait dus naar Nederland.

Wim en Joost voor de kathedraal in Santiago

Wim en Joost voor de kathedraal in Santiago

Samen met Bas, Koen.nl en Klaas gaan de broers een hapje eten. Morgen gaan ze afscheid nemen van deze mannen waar ze de afgelopen weken met zoveel plezier mee zijn opgetrokken. Koen en Klaas gaan naar huis en Bas gaat verder naar Sevilla.

In de loop van de middag keren de broers terug naar de camping, om daar aan het verslag te werken. Dan komt Rob uit België binnen en verrast de broers met heel veel mooie verhalen en een paar mooie gedichten. Als gevolg daarvan lopen de broers de achterstand van het reisverslag niet in… ze genieten van de anekdotes en belevenissen van een medepelgrim.

Geplaatst in Spanje 2011 | 1 reactie

Gedicht: Fiets

Wim en Joost waren onder de indruk van een gedicht dat een medepelgrim had uitgeprint en meegenomen op zijn bedevaartstocht. Hier de tekst:

Fiets

Wat zou het leven me zwaar vallen
Als er niet zoiets als een fiets bestond
De wind, strakke koele of warme zwoele
Door mijn hoofd en haar voelen woelen
En intussen almaar onbekommerd
Almaar verder pedaleren, kilometreren

Wat zou het leven stuurloos zijn
Als er niet zoiets als een fiets bestond
Om de drukte achter me te laten
En mezelf een weg te banen
Op zoek naar dat doel dat
Inzicht en harmonie heet

Hoe zal ik de wereld nog liefhebben
Als die fiets niet meer fietst
Als het virtuele het echte leven inhaalt
En ook de eenzame echt alleen zal staan
Zonder (f)iets
In het niets

-Kurt Titeca

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Portos – Santiago

Zondag 29 mei 2011. Bij het opstaan deze ochtend moest alles zo stil mogelijk, om de overige pelgrimsgangers niet te storen in hun slaap. Alhoewel, de meesten stonden ook vroeg op en rond 7:00 ligt er niemand meer op bed.

Bas, Joost en Wim ontbijten met z’n drieën in het keukentje. Bas toont zich een heer en stelt zijn stoel beschikbaar aan een Franse mevrouw die dit zeer op prijs stelt. Om 7:45 zitten de drie op de fiets en hoha’en richting Santiago. Om dat vandaag te halen besluiten ze het laatste deel van de route iets anders te doen, door de hoofdweg N547 te volgen. Ook hier is het niet anders dan elders op de route: Heuvel op, heuvel af. De Spaanse bushokjes zijn door de broers inmiddels omgedoopt tot lunchroom. Vandaag vormt geen uitzondering en de lunch wordt genuttigd in een bushokje. Eerst even een schoonmaakbeurt, want ze willen er wel netjes bijzitten. Bovendien willen ze niet opnieuw gestraft worden door Sint Jakob.

Vandaag hebben ze een groot plat brood gekocht. Het heeft wel wat weg van een koeienvlaai. Met beleg van Bas en een restje chocopasta van de broers beleggen ze de reuzeboterhammen. Bij het naderen van Santiago betrekt de lucht en voelen ze af en toe een drupje. De Franse vrienden uit Rennes, die ze vanochtend nog even gesproken hadden, zeiden het al: Het weer gaat veranderen, er komt regen. De pelgrims fietsen regelrecht naar de camping en zetten snel de tenten op. Deze staan nog maar net als de eerste bui uit de hemel stort.

Na een heerlijke warme douche lopen Bas, Joost en Wim richting de stad, met de regenjas binnen handbereik. Eerst gaan ze naar het pelgrimsbureau. Daar worden de passen gecontroleerd en krijgen ze hun compostelaat uitgereikt. Ze kopen er meteen een kartonnen kokertje bij zodat de oorkonde op de rest van de fietstocht niet beschadigd raakt. Daarna gaan ze met z’n drieën lekker uitgebreid uit eten. Dat hebben ze wel verdiend! Voldaan lopen ze terug naar de camping, waar ze tot een uur of twaalf wakker worden gehouden door een groepje jongelui dat tegenover de pelgrims staat. Ook ’s nachts is het nog regenachtig en de druppels op het tentdoek verdringen de stemmen naar de achtergrond.

Om de pelgrimsreis compleet te maken, zullen Joost en Wim na Santiago nog verder rijden naar het westen van Spanje. De legende verhaalt over de heilige Jacobus die Jezus’ opmerking “ga naar het einde van de aarde” zo letterlijk nam, dat hij is doorgelopen tot het meest westelijke punt van Spanje: Finisterra. De broeders Van der Male doen dit per fiets.

Geplaatst in Spanje 2011 | 6 reacties

Samos – Portos

Zaterdag 28 mei. Als de broeders opstaan is het buiten behoorlijk mistig, dus koud. De sandalen blijven even in de tas en de schoenen met sokken nemen voorlopig hun plaats in. De voeten van de Van der Males worden goed verzorgd. De broers gaan naar het bejaardentehuis om te ontbijten op de bank waar ze gisteren het kopje koffie gedronken hebben. Comfortabel, want het is daar ook nog overdekt. Voor de broers staan zeker acht verschillende fitnessapparaten opgesteld. Bas heeft ze gisteren een demonstratie gegeven, zo sierlijk en gracieus dat Epke Zonderland van kleur zou verschieten! Bas verbaast de broeders telkens weer, ze zullen hem missen als hun wegen scheiden in Santiago.

Na zo’n 12 kilometer gefietst te hebben zijn ze enigszins verkleumd en moeten ze nodig aan het koffie-infuus. In een hele mooie bakkerswinkel vinden ze het zwarte goud, met daarbij nog een groot rond rozijnen-notenbrood met een heerlijke krokante korst. De broeders kunnen haast niet wachten!

In de buurtsuper proberen ze hun Spaans bij te spijkeren. In het plaatsje Airexe hebben ze een dorpsfeest. De mannen horen al van verre dat het feest is, en nemen een kijkje. Er staat een groot mobiel podium, met daarop drie zangeressen die hun best doen het publiek te amuseren. Het publiek heeft echter meer interesse in de grote vierkante bar waar drank en hapjes verkrijgbaar zijn. De zangeressen mengen zich nu in het publiek om de mensen te verleiden tot een soort vogeltjesdans. Er is maar weinig animo.

De leading lady van de zangeressen ontdekt Wim en Joost, “de cyclista”, en houdt een praatje over hen tegen het aanwezige publiek. Hierop volgt een hartelijk applaus. Nu kunnen ze er echt niet meer onderuit, en moeten meedoen met de dans. Noodgedwongen doen de broers een poging om de Spaanse vogeltjesdans onder de knie te krijgen. Dat lukt vrij aardig, maar ze liggen wel steeds een paar maten achter!

Joost ontkomt niet aan de Spaanse vogeltjesdans

Joost ontkomt niet aan de Spaanse vogeltjesdans

De zangeressen vervolgen hun optreden op het podium. Wim oppert het idee om op de fietsen een afscheidsrondje voor het podium langs te maken. Zo gezegd, zo gedaan. Statig zwaaiend, als twee echte Sinterklazen (ze zijn tenslotte in Spanje), rijden ze voor het podium langs. Uitbundig wordt er teruggezwaaid door de zangeressen en de overige bandleden. Klaas zou zeggen: “’t kan minder”.

Vandaag gaan de pelgrims kamperen op een veldje naast een café. Volgens het routeboek is dat mogelijk. Eerst rijden ze er voorbij. Bij terugkomst blijkt de boel gesloten en moeten ze tot 16:00 wachten. Als de baas arriveert, blijkt dat er geen tenten op het veldje mogen. Wel is er een kleine plaats voor de broeders in zijn kleine 10-persoons pelgrims-auberge. Omdat er verderop geen overnachtingsmogelijkheden zijn, slapen de broers vannacht in een zaal met vijf Fransen, een Engelsman en een Spanjaard.

’s Avonds eten ze gezamenlijk aan een lange tafel een eenvoudige maaltijd. Soep, omelet met rauwe ham, groene salade en brood. Een en ander wordt besprenkeld met water en wijn. Tot slot krijgen ze een stukje tarte á Santiago voorgeschoteld. Kost een paar centen, maar dan krijg je ook wat. Acht euro per persoon. Het was weer een goede dag!

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Zien is geloven

Natuurlijk geloven we de broers Van der Male als ze zeggen naar Santiago te gaan fietsen. De gedetailleerde verhalen klinken realistisch in de oren, ze hebben zich maanden hierop voorbereid en het klinkt allemaal heel geloofwaardig. Maar soms is enkel geloven niet genoeg. Wie zegt dat ze niet in een vliegtuig zijn gestapt en vanaf een strandstoel aan de Costa del Sol elke dag de wonderlijkste verhalen verzinnen? Dat er geen koffie, maar witbier gedronken wordt? En dat Brigadier Dog, Bas, de Amerikanen, Elly en Gerard en Paul en Liliane verzonnen personages zijn in een hersenspinsel van de twee broers?

Gelukkig is er beeldmateriaal opgedoken dat definitief bewijs levert dat Wim en Joost echt een hoop kilometers aan het wegtrappen zijn daar in Spanje. Hopen dat er snel beeldmateriaal uit Santiago komt.

Wim op de fiets

Wim op de fiets

Joost op de fiets

Joost op de fiets

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Ponferrada – Samos

Vrijdag 27 mei 2011.

Het tentenkamp in Ponferrada

Het tentenkamp in Ponferrada

Vandaag staat de broeders weer een berg te wachten die beklommen moet worden, namelijk de Cebreiro. Vanaf Ponferrada tot Villafranca del Bierzo is het goed te doen. Een 3-kilometer lange klim van 6% is het enige obstakel. Vanaf Villafranca tot Ruitelán is het ongeveer 18 kilometer vals plat, tot 2%. Dan begint de echte klim met eerst 6-7%, dan een stuk van 8-9% en de laatste 2,5 kilometer zelfs 9-10%! Die laatste klim wordt gelukkig gevolgd door een kleine afdaling, waarna de broers weer aan de bak mogen met twee klimmetjes van 7-8%. De broers zijn dan in Hospital. Dan volgt er een afdaling van 12 kilometer met een stijgingspercentage van -7%.

Halverwege de klim, op zo’n 400 meter hoogte, eten de broeders een broodje en ondertussen laten ze de tenten drogen. Die waren vanmorgen namelijk kleddernat ingepakt. Op deze plek ontmoeten ze een Frans echtpaar uit Rennes, die ze gisteren ook zijn tegengekomen. Toen hebben ze de man geholpen met het oppompen van zijn achterband, die veel te zacht was. Hij was bang dat als er veel lucht ingepompt werd, de buitenband van de velg zou springen. De broeders konden hem niet overtuigen dat 4 bar een heel normale druk is voor zijn band. Nu, de dag erna, zien ze hem op een fiets met nieuwe banden en 4 bar druk! Het kan verkeren.

Eenmaal bovenop de Cebreiro zien de pelgrims kans om een filmpje te schieten.

Na de afdaling rijden de broers door tot Samos. Hier moet een vrij kampeerveldje zijn. De pelgrims vinden inderdaad een grasveldje met een mooi snelstromend riviertje achter een bejaardentehuis. Er is een gebouwtje met een douche, toilet en wastafel. De elektriciteit is echter afgesloten in het raamloze gebouwtje, en warm water is er ook niet. Dat wordt dus een beetje behelpen. Brigadier Dog (Klaas) had de broers al via sms laten weten daar een en ander verkend te hebben en dat ze er in ieder geval konden staan. Goed werk van de brigadier!

In het dorp gaan de broers het pelgrimsmenu uitproberen. Meestal is dat een eenvoudige maaltijd van goede kwaliteit. Ook nu is dat het geval. Terug op het grasveldje drinken ze nog een koffie/thee op een mooie bank van het bejaardentehuis en doen zich tegoed aan koek en snoep. Ja, ze verzorgen het lichaam goed! Na al dit lekkers zoeken ze de tentjes op aan de oever van het riviertje. Het ruisen van het water zal ze een goede nachtrust bezorgen.

Geplaatst in Spanje 2011 | 1 reactie

De winkels in Spanje zijn stiekem geopend

De kranten tegen het raam doen vermoeden dat deze winkel gesloten is, hij is echter geopend!

De kranten tegen het raam doen vermoeden dat deze winkel gesloten is, hij is echter geopend!

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Astorga – Ponferrada

Na een erg warme nacht kopen Wim en Joost een ontbijt in de hotellobby. Een glas versgeperst sinaasappelsap ernaast. Heel wat anders dan pingpongtafels met reepjes muesli. Vandaag zal het een pittige dag worden, want de Cruz de Ferro staat op het programma. Een hoogteverschil van 770 meter moet overbrugd worden. Goeiemorgen!

De broers hebben vanuit Holland een kleine steen meegenomen op deze reis, die al wekenlang hun fietsbagage met een aantal gram heeft verzwaard. Deze dag zullen ze zich op de Cruz de Ferro ontdoen van deze kei.

De stenen die uit Nederland zijn meegenomen

De stenen die uit Nederland zijn meegenomen

Op weg naar de eerste klim rijden ze achter Gerard en Elly, het stel uit Aarle-Rixtel. Zij worden door de broers ook wel het Klokkenstel genoemd, vanwege de klokkengieterij-geschiedenis van hun woonplaats. Al keuvelend rijden ze met zijn allen gezellig verkeerd. Zij rijden omhoog een dorpje in en komen er te laat achter dat ze fout zitten. Boven in het dorpje worden de kaarten en boekjes erbij gepakt en komen ze tot de ontdekking dat er maar één goede weg is: terug.

De weg waarop ze rijden is gemaakt van grote bonkige keien. Volledig door elkaar gehusseld komen ze beneden aan. Het ontbijt en sinaasappelsap zullen nu wel gemengd zijn. Na wat kleine klimmetjes worden er boodschappen gedaan en koffie gedronken in Rabanal. Als ze het dorpje uitdraaien, de route op, zien ze een paar honder meter verderop het onmiskenbare Ramro-wielershirt van Bas. Hij kijkt niet op of om totdat een aanmoedigend “Hup Bas, zet hem op!” van Wim hem uit zijn klimtrance haalt.

Gezamenlijk voltooien ze de klim naar de top en komen aan bij een grote houten paal met een ijzeren kruis erop. De meegebrachte steentjes worden uit de fietstas gehaald en bij de paal neergelegd. Het verhaal gaat dat als je hier een steen achterlaat, je symbolisch een last van je schouders werpt. Een reden te meer om Santiago te halen.

De Cruz de Ferro

De Cruz de Ferro

Wim laat nog even zien waarom hij jaren geleden de titel “Sterkste man van Nieuwerkerk” in de wacht heeft gesleept.

De sterkste man van Nieuwerkerk gaat internationaal!

De sterkste man van Nieuwerkerk gaat internationaal!

Vanaf dit punt wacht de pelgrims een spectaculaire daling. Uiterst geconcentreerd en in fases remmen de mannen zich een weg naar beneden. Ze proberen de snelheid niet hoog op te laten lopen, maar dat is nog een hele onderneming. Je zou er bijna kramp van in je vingers krijgen.

Ondanks het geconcentreerde afdalen vergeten de broers niet te genieten van het uitzicht op de vallei van El Bierzo. Verderop in de afdaling komen de haarspeldbochten en gaan ze als een serpentine naar beneden. Het is voor Joost een prachtig gezicht om Wim, die een paar bochten voor hem rijdt, naar beneden te zien gaan. Na de afdaling fietsen ze nog door tot Ponferrada.

Het is de bedoeling dat de pelgrims op een grasveldje bij een pelgrimsauberge overnachten. Nog maar net aan de rand van de stad aangekomen, zien ze een fraai gebouw met een Jakobsschelp erop. De broers zitten meteen op het goede adres en schuiven aan in de lange rij pelgrims om zich in te schrijven. De man die ze inschrijft, bekijkt uitvoerig de pelgrimspassen en is zeer enthousiast over de mooie stempels uit België en Frankrijk. Die krijgt hij niet dagelijks te zien!

De broers krijgen een plekje buiten het terrein van de auberge aangewezen, met de mededeling dat ’s avonds om 22:30 het hek op slot gaat en de volgende morgen om 6:30 weer open gaat, stipt op tijd. Of nee, zelfs nog iets eerder, zegt de man. Dat heeft een geschiedenis. Gisteren kwamen Klaas (Brigadier Dog) en nog iemand hier aan en het hek werd op slot gedaan, maar de volgende ochtend waren de mensen van de auberge vergeten om het hek te openen.

Klaas had zijn politiefluitje bij zich. Na ongeveer 15 minuten bij het hek gewacht te hebben was voor hem de maat vol. Hij haalt diep adem en laat heel Ponferrada horen dat zijn opleiding niet voor niets is geweest. Er breekt bijna paniek uit aan de andere kant van het hek, maar Brigadier Dog bezweert dit tactisch door duidelijk te maken dat het hem enkel om de sleutel van het hek gaat. De vrede in Ponferrada keert weder.

Brigadier Dog naast het hek

Brigadier Dog naast het hek

De kampeerpelgrims mogen gebruik maken van alle faciliteiten die de auberge biedt. Hierbij hoort ook een compleet ingerichte keuken, waar niets ontbreekt. Er is voldoende ruimte om je maaltijd op te eten. Als Wim en Joost na het douchen weer bij de tent komen, heeft Bas voor ieder twee stoelen geregeld, zo deelt hij de twee mede. Ze kunnen erin zitten en ze ook als tafel gebruiken. Dat kon overigens ook zo’n 10 meter verderop binnen het hek. Ja, Bas is een enthousiast baasje.

Terwijl Joost het reisverslag aan het bijwerken is, zijn Wim en Bas boodschappen aan het doen in de stad. Dit ging echter niet van een leien dakje: de kidneybonen waren nergens te vinden. Drie verschillende winkels afgezocht, maar geen succes. Change of plans: terug naar de winkel om pasta te kopen om een pastasalade te maken.

Terwijl Joost de pasta aan het koken is, staat naast hem een italiaan, ook pasta te koken. Hij penne, Joost tagliatella. Beide hetzelfde merk, made in italy. Hij was er trots op dat de broers Italiaanse pasta hadden gekocht en geen Spaanse pasta. Het was leuk om te zien hoe deze Italiaan zijn pasta bereidde. De penne werd al dente gekookt. Op het fornuis had de Italiaan ook nog een koekenpan staan. Ingrediënten: een flinke scheut olijfolie, een stuk of vijftien tenen knoflook (drie voeten), en wat grof gesneden rode pepers. Dit alles werd vermengd met de penne en klaar is Keso. Tip voor thuis!

Voordat de pelgrims aan het avondmaal beginnen, krijgen ze nog een kleine opleving van de tachtigjarige oorlog voor hun kiezen. Het door Bas geregelde ameublement blijkt illegaal. Eén van de medewerkers gaat volledig uit zijn dak tegen Bas en vliegt hem bijna aan. De stoelen, waar nog wat wasgoed op lag te drogen, vliegen in de rondte. Wim, die op dat moment in zijn tent was, komt rap naar buiten en maakt sussende gebaren, onderwijl roepend “Pardone, pardone, pardone!”

De verhitte gemoederen werden zo enigszins gesust, de stoelen bij elkaar gezocht en teruggebracht. De vrede keerde wederom terug in Ponferrada en de pelgrims hebben er weer een vriend bij… die Bas de hele avond nauwlettend in de gaten houdt.

De koude pastasalade is gereed en de broers hebben Bas uitgenodigd als gast aan tafel. Hij wil met alle geweld in de kosten bijdragen, maar de broers willen daar niets van weten. Pas als ze dreigen zijn bijdrage aan hun nieuwe Spaanse vriend te schenken, accepteert Bas zijn rol als gast. De salade ziet er niet alleen mooi uit, maar hij smaakt ook prima in deze prettige ambiance. Ze hebben toetjes gekocht die per vier verpakt zijn. Als iedere pelgrim zijn portie gehad heeft, wordt ook de vierde soldaat gemaakt en broederlijk rondgedeeld. Om de beurt neemt ieder een hapje.

De drie-sterren-chefkoks en hun heerlijke maaltijd

De drie-sterren-chefkoks en hun heerlijke maaltijd

De dag wordt afgesloten met koffie en cake. Het lijkt wel een uitvaart in plaats van een bedevaart! De koffie en cake smaken echter goed en de broers kruipen na deze enerverende dag de tent weer in.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Mansilla de las Mulas – Astorga

Voor de verandering hoeven de broers deze woensdagochtend geen tent af te breken. Ditmaal geen ontbijt op een picknick- of pingpongtafel, maar op een bord in de auberge voor pelgrims naast het hotel. Voor 2 euro 50 krijgen ze twee grote dikke stukken geroosterd brood met boter en jam, met een goede kop koffie erbij. Ontbijten doen ze samen met Koen, die overnacht heeft in een zaal van de auberge. Gisterenavond, na het eten hebben de broers een poosje met Koen zitten praten en hebben ze reiservaringen uitgewisseld.

Wim en Joost vertrekken vandaag op tijd en zijn al vroeg in León. Ze bekijken de imposante kathedraal en krijgen daar een mooie stempel in hun pelgrimspaspoort. Bij de kathedraal zien ze twee vrouwelijke wandelaars die vanmorgen gelijktijdig met de broers aan het ontbijten waren. Ra, ra, hoe kan dat? Uitgaande van het goede in de mens, zullen ze die ochtend ontzettend hard gewandeld hebben met een gangetje van 20 kilometer per uur.

Joost en Wim bij de kathedraal van León

Joost en Wim bij de kathedraal van León

Als de broers de route weer vervolgen lopen ze toevallig langs een Deutsche Backerei. Een mooi volkoren zonnebloempittenbrood, snijden gaat niet. Het brood is nog warm! Lekker. De broers bestellen nog twee koffiekoeken en kijken rond in de kleine bakkerij. Alles is echt Duits. Zelfs de mevrouw achter de toonbank spreekt Duits. Wunderbar, en ook wel lekker om even Duits te spreken.

León uitrijden kost wat moeite. De broers bestuderen het routeboek, vragen voor alle zekerheid nog even aan een voorbijganger waar ze precies zijn en passen de route aan. De broers hebben inmiddels geleerd dat verkeerd rijden doorgaans gepaard met extra klimwerk. Ook deze keer geen uitzondering op die regel!

In de namiddag begint het wat te rommelen in de verte, de eerste spikkels vallen en de broers stoppen even bij een bushokje en wachten de bui af. De bui komt tergend langzaam en dreigend naderbij. De broers krijgen een flinke portie bliksem, donder, regen, hagel en harde wind voor de kiezen. Voor ieder wat wils en in ruime mate beschikbaar.

Na dit familiepakket aan vervelende weersomstandigheden stappen ze op de fiets en leggen ze de laatste 13 kilometer naar Astorga vrijwel droog af. Via het bureau voor toerisme krijgen ze een lijstje met pensions en kleine twee-sterren-hotels. Het eerste hotelletje dat de broers bezoeken biedt een mooie kamer, dus de keuze is snel gemaakt. De eerste, de beste.

’s Avonds kiezen de broers in een restaurant voor het menu de dia en het smaakt ze voortreffelijk. Voldaan lopen ze naar de warme hotelkamer voor een hopelijk goede nachtrust. ’s Nachts vallen er nog regelmatig wat regenbuitjes, maar de twee zijn dan allang vertrokken.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Carrion de Los Condes – Mansilla de las Mulas

Het is dinsdagmorgen 24 mei en Wim en Joost ontbijten op de veranda van de camping. Als ze de camping overzien lijkt het alsof het manna geregend heeft. Er ligt ontzettend veel witte pluis, afkomstig van de populieren die rondom de camping staan. Op het laatste restje campinggas hebben de broers nog net een kopje koffie weten te maken.

De pelgrims verlaten de camping en rijden een kilometer of acht over de echte camino die de wandelaars volgen. Het pad bestaat uit grove gravel en rijdt daardoor niet al te best. Daar komt nog eens bij dat dit het domein van de wandelaars is (althans, dat vinden de broers) en dat Joost en Wim zich daarnaar schikken: Ze oefenen zich in de kunst van de slalom. Ze houden zich ook aan de traditie om elke wandelaar die ze voorbij komen te groeten met ‘bon camino!’. Aan het einde van dit stukje originele pelgrimsroute hebben ze meer dan 200 keer deze groet uitgesproken en hebben de broers een droge mond van het groeten.

Omdat ze de wind in de rug hebben overbruggen ze de 40 kilometer lange route naar Sahagun in iets meer dan twee uur. In dit plaatsje gaan ze op jacht naar een tankje campinggas en twee reserveschakels voor de fietsketting van Wim. Wonderwel is dat snel voor elkaar. Tijdens het zoeken letten ze goed op of er ergens een kapsalon te zien is, want de broers verlangen naar een knipbeurt. Het is namelijk geen gezicht als ze de helmen afzetten, het profiel van de fietshelm staat diep in het haar geplant. Zelfs na het douchen blijven de groeven nog goed zichtbaar. Als de moed min of meer hebben opgegeven zien ze in een zijstraatje een salon waarvan ze eerst denken dat het een pedicure is. Eenmaal dichterbij gekomen blijkt het toch een kapsalon te zijn. De pantomime-voorstelling kan beginnen, want een buitenlandse taal zijn de kapsters niet machtig. Wellicht zijn ze vroeg gekapt met het leren van Engels.

De broers maken met twee vingers een knipbeweging, doen alsof ze met een tondeuse door hun haar gaan en zeggen ’tres milimetra’. Het Spaanse kwartje valt en Joost kan plaatsnemen in de stoel. De tondeuse bromt en even later verwijst de kapster Joost naar een volgende stoel, waar een andere kapster met masserende bewegingen het overgebleven haar wast. Al deze handelingen worden uitgebreid door Wim vastgelegd. De hele ceremonie vindt nogmaals plaats, maar dan met het hoofd van Wim in de hoofdrol. Zelden is het haar van de Van der Males voor zo weinig geld geknipt en gewassen. Acht euro en een kilo haar lichter lopen ze weg.

Wim en Joost houden het kort

Wim en Joost houden het kort

Na het bezoek aan de kapsalon drinken de broers een kop koffie op een terras en lopen daar Koen.nl uit Winsum tegen het lijf. Als hij de korte koppies ziet verzucht hij: “Ik wil al dagen naar de kapper maar ik kan niets vinden…”. “Kom maar mee” zegt Wim en begeleidt Koen tot op de stoel in de kapsalon. De kapsters zijn zichtbaar blij met deze extra klandizie. “Gracias, gracias”.

Terug bij de koffie ontmoeten ze wederom Elly en Gerard uit Aarle-Rixtel. Er worden gegevens uitgewisseld en ze halen met z’n vieren een stempel op het gemeentehuis. Voordat ze verder gaan, bewonderen ze nog even de coupe van Koen.nl. Het had zo een broer van Wim en Joost kunnen zijn.

Het middageten wordt gegeten op een bankje naast de kerk met uitzicht op drie ooievaarsnesten bovenop de torenkrans. Zo te zien hebben de ooievaars ook nogal eens last van een buikkrampje. Zij hebben echter het voordeel dat ze geen wielerbroek dragen.

Een kleine air naturelle camping in Reliegos is niet te vinden, ook bij navraag niet. De broers bellen met ijlbode Bas en motor-ordonnans Klaas hoe de situatie elders is. De broers worden er niet vrolijk van. Ze rijden daarom door tot Mansilla de las Mulas en kloppen aan bij een pension. Ze krijgen een mooie kamer en zijn voor 40 euro vannacht onder de pannen.

Geplaatst in Spanje 2011 | 2 reacties

Burgos – Carrión de Los Condes

Het is maandag 23 mei en als de broers opstaan hangt er een dikke mist en is het behoorlijk koud. Er zit maar weinig ontbijt in de tassen, dus het blijft bij een kop koffie, een mueslireep en droge worst. Deze laatste werkt bij Wim nogal laxerend. Als we in Burgos zijn krijgt hij buikkrampen die zijn darmen in de hoogste staat van paraatheid brengen. Iets te paraat blijkbaar. De eerste stempel van vandaag is gezet!

Wim snelt een bouwterrein op en maakt dankbaar gebruik van de Dixie annex doucheruimte. Een kwartiertje later komt hij spic en span in een schone wieleroutfit weer naar buiten.

Gelijktijdig met een Nederlands echtpaar staan onze broeders in een bakkerswinkel om brood en een paar koeken in te slaan. Een aantal kilometer verder, als Wim en Joost onderweg een kopje koffie willen drinken, zien ze de mooie Santosfietsen van het echtpaar al van verre staan. Samen wordt er koffie gedronken en een praatje gemaakt. Het echtpaar, afkomstig uit Aarle-Rixtel, fietst de camino voor de tweede keer. De eerste keer hebben ze als aanloop door Frankrijk de fietsroute over “Oude Wegen” genomen. Dit is een andere, bekende fietsroute door Europa. Dit keer volgen ze de Sint Jacobsroute.

Aan het begin van de dag hebben de broers nog een paar venijnige klimmen voor de kiezen gehad, maar daarna is het landschap meer glooiend. De broers rijden dan veel vals plat, maar met die klimmen in het achterhoofd is dat prima te doen!

De bedevaartstocht brengt je op mooie plaatsen

De bedevaartstocht brengt je op mooie plaatsen

In de enorme graanvelden zien ze veel steenhopen, die veelal met prachtig bloeiende planten zijn bedekt. Het lijken net rotstuinen. Ook zijn er veel planten en struiken te zien die in Nederland allang zijn uitgebloeid, onder andere de kastanjeboom, meidoorn, brem en fluitekruid. Vooral de brem bloeit uitbundig en ruikt heerlijk. Het fluitekruid zien ze meerdere keren manshoog staan. De broers verwonderen zich over de bloemenpracht in de bermen, een afwisselend palet aan kleuren vliegt aan ze voorbij als ze meters maken op de fiets. Genieten.

De bermplantjes leveren mooie plaatjes op

De bermplantjes leveren mooie plaatjes op

In de loop van de dag drinken ze een lekker koud colaatje op een schaduwrijk terras, want het is erg warm. De Brabanders uit Aarle-Rixtel zijn er ook en houden de eer van het zuiden hoog door een koud biertje te drinken. Ook zij doen verslag via internet, en zijn via http://elgeradvies.waarbenjij.nu/ te volgen. Van het echtpaar krijgen de broers de tip om de etappes zo in te delen dat ze vanuit Astorga aan de klim naar de Cruz de Ferro beginnen. Dit gratis advies zullen de broers niet in de wind slaan!

Eerst maar eens op weg naar de camping in Carrión de Los Condes. Bij aankomst zien ze dat Bas en Brigadier Dog (Klaas) zich al geïnstalleerd hebben. Bas is al bezig met de voorbereiding van zijn warme maaltijd. Als een echte Cas Spijkers maakt hij er weer een culinair hoogstandje van. Vooral zijn rauwkostsalade is een plaatje om te zien. En Bas let ook nog eens goed op de vitamientjes!

De broers zijn nog niet zo ver en moeten eerst nog even de boel opruimen en wat kleding wassen. Daarna gaan ze een koude pastasalade maken. Omdat Klaas zit te dubben wat hij gaat doen, wordt hij uitgenodigd om later een vorkje mee te prikken. Dat doet hij graag, want de Brigadier houdt van gezelligheid. In het dorp moeten de broers vier winkels af voordat ze alle ingrediënten voor de salade in de fietstas hebben. Vooral de crème fraîche laat zich niet zomaar vangen. Als echte survivors lossen de broers dit op door Griekse yoghurt te kopen, vier tenen knoflook erin te stoppen met een mespuntje suiker en een snufje zout. Voila, crème fraîche à la van-der-Male. Ex-politieman Klaas regelt een grote houten tafel bij de knorrige campingbaas die volgens de broers bij de Guardia Civil gewerkt heeft. Maar zoals je ziet, met politiemannen onder elkaar valt er wel wat te regelen.

Terwijl de broers bezig zijn om alle ingrediënten voor de pastasalade tot kleine stukjes te hakken, worden ze overvallen door hordes kleine zwarte vliegjes. Die vliegjes maken de pelgrims helemaal gek. Met veel kunst-, vlieg- en mepwerk komt alles toch nog voor elkaar. De broers genieten met volle teugen van de heerlijke pastasalade. Klaas vindt het ook heerlijk en geeft het grootste compliment wat je in Groningen kan krijgen: “’t kon minder”.

Aan het einde van het diner wordt Bas nog verrast door een heerlijk toetje en met z’n vieren genieten ze na van al het culinaire vuurwerk.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Wind mee

Wind mee

Wind mee

Met de wind in de rug
Maak je kilometers snel en vlug
Maar met de wind van bruine bonen
Zijn we extra ver gekomen

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Belgisch uitstapje: Paul en Liliane

Wim en Joost mochten een aantal dagen Paul en Liliane als buren hebben, zij zijn over de Roelantpas gefietst in plaats van de Col de Somport. Op 22 mei hebben zij, net als de broers, een mooie rit gehad. Bekijk hun weblog hier. Erg leuk om te lezen wat deze medepelgrims meemaken op hun tocht naar Santiago.

Te lezen op hun blog: “De […] rit verliep ongeveer zoals gisteren: weeral heel mooi, ook golvend en weeral een plezier om op de fiets te zitten. Rond 1 h tijdens onze lunch-stop kreeg ik een SMS. Onze nederlandse buren, de twee broers vroegen waar we zaten. Zij zitten blijkbaar 2 dagen achter ons. We hebben mekaars nummer en kunnen nu dus contact houden.”

Geplaatst in Spanje 2011 | 1 reactie

Nájera – Burgos

Zondag 22 mei. Het is zwaarbewolkt en er staat een behoorlijk sterke noordwestenwind. Wind tegen dus. Als de broers het routeboek willen volgen, dan moeten ze vandaag ruim 120 kilometer afleggen. Dat is een beetje te veel van het goede in dit bergachtige landschap. De broers passen de route enigszins aan om op een ruime 80 kilometer uit te komen. Het is belangrijk dat ze op tijd een camping vinden, want daar zijn er maar weinig van in dit gebied.

In Santo Domingo de la Calzada nemen de broers de tijd voor het maken van een foto.

Joost van der Male in pelgrimstenue

Joost van der Male in pelgrimstenue

Wim van der Male in pelgrimstenue

Wim van der Male in pelgrimstenue

Aan het einde van de morgen hebben ze het geluk dat de wind draait naar het noordoosten en dat ook de zon regelmatig zijn gezicht laat zien. De gebarentaal wordt weer bijgespijkerd in de kleine winkeltjes en de gekochte waren worden opgegeten in één van de smerigste bushokjes die de broers ooit hebben gezien. Je moet er iets voor over hebben om uit die koude wind te zitten.

Na de maaltijd hebben de broers uit balorigheid een kleine bijdrage aan de hoop met vuil gedaan. Jacobus heeft ze hier onmiddellijk voor bestraft. Bij de start van een drie kilometer lange klim met een stijgingspercentage van 6% breekt er een verbindingsschakel van Wim zijn fietsketting. Wim heeft een reservesluiting bij zich en binnen een kwartier is het karwei geklaard. Nederig laten de broeders hun zwarte smeerhanden aan Jacobus zien.

De lange klim verloopt voorspoedig en de afdaling die erop volgt is geweldig. Aan het einde van de middag arriveren de broers op de camping in Burgos. Als ze een plaats zoeken voor de tentjes, zien ze er nog drie staan. Twee van de tentjes herkennen ze als die van Bas en Klaas (Brigadier Dog). Als de broers bezig zijn de spullen van de fiets te halen, komen Bas en Klaas eraan fietsen met nog een Nederlandse pelgrim, Chris uit Gorinchem. Het weerzien is allerhartelijkst en ze hebben elkaar veel te vertellen.

De drie pelgrims zijn vandaag de hele dag in Burgos geweest en hebben daar ook een hapje gegeten. De broers eten die avond een menu de dias in het campingrestaurant. Eerder dan 20:15 eten is geen optie. Voordat het zover is, drinken ze een cola’tje en werken ze aan het verslag. Het menu dat ze voorgeschoteld krijgen was werkelijk voortreffelijk. Voor elke gang kon je een keus maken uit drie gerechten. Vooraf hebben de broers beide de vissoep genomen. Wim’s hoofdgerecht bestond uit 2 gebakken koteletten met frites, Joost’s maaltje bestaat uit gepocheerde heek in visbouillon, met frites erbij. Als dessert kiezen ze voor flan met caramelsaus. De broers hebben een mooie fles rijoa tinto uitgezocht die de heerlijke maaltijd in de maag komt vergezellen.

De mevrouw die de broers bediende was Nederlandse (handig!), en bij de koffie kregen ze een lekker likeurtje. Quanta costa? 33 euro. “Als we nou niet lekker kunnen slapen…”

Geplaatst in Spanje 2011 | 1 reactie

Estella – Nájera

Het inmiddels afgekoelde brood wordt op het terras van het campingrestaurant genuttigd, waar voldoende tafels en stoelen aanwezig zijn. De broers nemen afscheid van de man met de gebroken tentstok en om 8:00 zitten ze alweer op de fiets. Joost en Wim willen boodschappen doen in Estella, maar helaas zijn de winkels niet eerder open dan 10:00 en daar kunnen ze niet op wachten. Na een klim van twee kilometer zijn ze in Monasterio de Irache, maar ook daar zijn ze veel te vroeg. Een prachtige stempel van de abdij moeten ze helaas voorbij laten gaan, Santiago wacht!

Bij een nabijgelegen casa del vino is er voor de pelgrims een extraatje. Hier kun je namelijk gratis water en een bidonnetje wijn tappen. Omdat de broers vandaag nog ver moeten fietsen, laten ze de wijn aan zich voorbij gaan.

Onderweg doen de broers boodschappen in kleine lokale winkeltjes, dat vinden ze erg leuk om te doen. Brood en melk vormen geen enkel probleem. Willen ze worst of ham, dan wijzen ze dat aan en maken de beweging van de snijmachine en naargelang het aantal plakken dat ze willen hebben steken ze een aantal vingers omhoog. “Inmiddels kunnen we al aardig tot tien tellen.”

Onderweg zien Joost en Wim steeds meer lopende pelgrimsgangers. Ook zij hebben het niet altijd even makkelijk met het noodzakelijke klimkwaad. Er zijn er bij die het nu al zichtbaar erg moeilijk hebben. Vandaag kamperen de broers in een kleine oude arena. Het is nog heel goed te zien waar de tribunes van de notabelen waren en de staanplaatsen voor het gewone volk. Ook de deur waardoor de stier naar binnen kwam was nog helemaal intact.

De camping in Nájera is gebouwd in een oude arena

De camping in Nájera is gebouwd in een oude arena

Naast de broers staat op de camping een Engels echtpaar waar ze leuk contact mee hebben. Ze waren stomverbaasd dat de broers van tevoren niets regelden voor een slaapplaats. Al met al vonden ze het een great adventure. Op de camping hebben de Brüder Von der Mahler contact met vier Duitse mannen, met wie ze onderweg regelmatig stuivertje wisselden. Ze zijn goed herkenbaar door hun gele veiligheidshesjes. De mannen worden begeleid door een vijfde persoon die een camper bestuurt en om de 20 kilometer een stop maakt. Er is voor alle vijf personen een slaapplaats in de camper en eten doen ze buiten de deur.

Ook op deze camping wordt de tekening ingezet om een tafel en stoelen te versieren. De reactie is haast voorspelbaar: een brede glimlach en “Si!” is het antwoord. In de tijd dat Joost aan een deel van het verslag werkt, is Wim bezig zich in het Spaans te bekwamen. Hij doet voor het eerst alleen boodschappen in de stad. Gelukkig lopos es allemalos lossos.

Aan het einde van de dag verzamelen wat donkere wolken, maar het blijft gelukkig droog. Het is de hele dag prachtig weer geweest en met een voldaan gevoel sluiten Wim en Joost de dag af.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Voor Jade en Juul

Opa en oom Wim die fietsen door de bergen.
Sneeuwwitje zagen wij en ook de zeven dwergen.
Nu fietsen wij in Spanje, het land van Sint en Piet.
We hebben goed gekeken, maar zagen hen nog niet.
Wel zien we Spaanse kinderen, die roepen luid “Olé!
Neem straks voor Jade en voor Juul een mooi kadootje mee.”

Vinden jullie dat goed?

Geplaatst in Spanje 2011 | 2 reacties

Lumbier – Estella

Het is vrijdag 20 mei en Wim en Joost worden bij vertrek uitgezwaaid door de Zwitsers. Aardige gemütliche Leute. Ze spreken een mooi zangerig soort Duits. Heel leuk om aan te horen. Het is vandaag weer een echte hoha-dag en Los Vandermalos hebben het vermoeden dat dat niet zal veranderen voordat ze op de eindbestemming zijn.

De broers gunnen zichzelf een Spaanse lunch in Puente la Reina. Twee heerlijke broodjes met een lekkere koude cola erbij. Totaalbedrag €8,40. Het is een warme zonnige dag, genieten dus. Er zijn steeds meer wandelaars te zien. Dat komt omdat de route over de Roelantpas en de route over de Col de Somport hier, iets ten zuiden van Pamplona, weer samenkomen. De Belgische fietsers Paul en Liliane zijn over de Roelantpas gegaan en hebben daardoor een voorsprong op Joost en Wim.

De pelgrimsbrug in Puente La Reina

De pelgrimsbrug in Puente La Reina

Bij de tourist info krijgen ze een mooie stempel met een afbeelding van de oude pelgrimsbrug. De broers ontmoeten daar twee Nederlandse wandelaars en maken een praatje. Ze zijn beide in St. Jean-Pied-de-Port gestart en dus nog maar enkele dagen onderweg. Weer onderweg ontmoeten de broers een Duits meisje. Ze is met haar fietstocht gestart in Lissabon en is op weg naar huis. Dat wekt ontzag bij de broers. In haar uppie en ook nog kamperen! Stoer hoor!

In Estella wordt het tentenkamp opgeslagen en ontmoeten Joost en Wim een Nederlandse man die vrijwel gelijk met hen de camping op komt. Hij is gestart in Sevilla, is in Santiago de Compostella geweest en is nu op weg naar huis. Tijdens het opzetten van zijn tent breekt hij een van zijn tentboogstokken. Gelukkig heeft hij zelf een reparatiehuls bij zich zodat die van de broeders in de tas kan blijven.

Het avondeten wordt genuttigd op de camping. Dit kan echter niet eerder dan 20:30. Voor het zover is, drinken ze een cola’tje en werken aan het verslag. De broers ontdekken dat ze alweer flink achter lopen. Als je zoveel leuke dingen meemaakt, gebeurt zoiets zomaar. Een grote rauwkostsalade, een halve kip met friet en een glaasje vino tinto worden verorberd. De salade is prima, de friet wat slapjes en de kip “zo droog als de kont van Sinterklaas”. Het kost de broers nogal wat moeite om deze weg te werken.

Het was niet allemaal kommer en kwel, want de jongeman die de broers hielp, ging speciaal voor de broers een brood afbakken zodat ze de volgende morgen in ieder geval iets te eten hadden. Het brood was nog warm toen ze hem meekregen. Het brood gaat mee de tent in. Joost en Wim gaan op tijd slapen om zo deze dag en de droge kip te verwerken.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Berdún – Lumbier

De broers ontwaken in een gewoon bed in plaats van in een tent. Dat was lang geleden! Wim heeft prima geslapen, maar voor Joost was deze omslag wat groot en de nachtrust wat minder. Na een stevig ontbijt gaan de broers weer op pad, maar niet eerder dan dat ze genoten hebben van de werkelijk prachtige uitzichten over de vallei Rio Aragon.

De Van der Males zoeven door de smalle straatjes en slingeren door de vele S-bochten het dal in. De route loopt over de N240 met aan de linkerkant een groot stuwmeer. Aan de rechterkant zijn ze op diverse plaatsen bezig met de aanleg van een nieuwe vierbaansweg. Vlak voor Yesa zijn ze bezig een gigantische dalbrug te bouwen. De enorme pijlers van zeker 50 meter hoog staan al klaar. De Spaanse bruggenbouwers zijn bezig om de liggers op de pijlers te plaatsen met twee enorme mobiele kranen. De mannen bovenop de pijlers lijken net Playmobil-poppetjes, zo klein. Joost en Wim staan zeker een half uur te kijken hoe de ligger goed op de pijler komt te liggen en de Playmobil-mannetjes deze verankerd hadden. Fascinerend allemaal.

De Spaanse werkers, door Wim en Joost omschreven

De Spaanse werkers, door Wim en Joost omschreven

De koek is nog niet op, want een kilometer verderop zijn de Spanjaarden bezig voorbereidingen te treffen voor het bouwen van een andere stuwdam, een stuk hoger dan degene die er nu ligt. Interessant om het allemaal te zien gebeuren, al hebben de broers er wel een eind voor moeten fietsen!

Even verder, in Sangüesa, eten de broers brood op een pleintje middenin het stadje. Een jongetje rijdt rondjes voor ze langs en zijn broertje probeert het skeeleren onder de knie te krijgen. Joost en Wim bieden de kinderen een mooie sticker van Sint Jacob aan. Verlegen pakken ze het aan. “Zo te zien zijn ze er wel blij mee. Wat zouden ze thuis vertellen?” vragen Joost en Wim zich af.

Vijf kilometer buiten Sangüesa bij het plaatsje Liédena gaat de weg over van asfalt naar gravel. Dit pad voert de fietsers langs de rand van een smalle, diepe kloof. Hoge bergwanden omringen de broers. In de lucht zien ze een stuk of zeven grote gieren zwevend langs de rotswanden op de thermiek die uit het dal opstijgt. Het is een prachtig gezicht. De route voert verder door een tunneltje waar een bocht in zit. Verlichting is niet aanwezig.

Het eerste stukje is nog wel te doen, maar daarna moet de fietsverlichting toch echt aan. Zelfs voor verlichte pelgrims blijft het erg moeilijk je te oriënteren in het donker. Als ze door de bocht van de tunnel zijn, zien ze in de verte de door de zon verlichte uitgang. Duidelijk zien ze de silhouetten van twee fietsers met bepakking. Als ze dichterbij komen zien ze dat het de Amerikanen zijn die ze enkele dagen geleden hebben ontmoet. De verrassing is van beide kanten even groot. Hoe is het mogelijk dat je zonder iets af te spreken elkaar op deze plaats weer weet te treffen?

De vriendelijke Amerikanen Tei en Cecil

De vriendelijke Amerikanen Tei en Cecil

De Amerikanen (Tei en Cecil) hadden iemand van de lokale bevolking gesproken, die hen op dit schitterende traject gewezen had. Er wordt wat bijgepraat en e-mailadressen worden uitgewisseld om later foto’s te versturen. Ook vertellen Joost en Wim over de website, die ze ongetwijfeld gaan bezoeken.

Bij de eerste ontmoeting hadden Joost en Wim een en ander verteld over Sint Jacob en dat de Jacobsschelp daar het symbool van was. Cecil zei dat ze, nu ze dit wist, ineens zag op hoeveel plaatsen dit was afgebeeld en hoeveel mensen zo’n schelp bij zich droegen. Ze vindt het geweldig dat zoveel mensen met de pelgrimsgedachte zich naar Santiago de Compostella begeven. Joost en Wim geven de Amerikanen het advies om door de tunnel te lopen en nemen afscheid voor altijd. Of zou er nog een derde ontmoeting komen?

De campingbaas in Lumbier voorziet de broers bij aankomst meteen van een stempel in het pelgrimspaspoort. Op de camping maken ze kennis met twee echtparen, een uit Duitsland en een uit Zwitserland. Beide koppels zijn zeer geïnteresseerd in de trektocht van de broeders. Vooral de Duitse mevrouw wil graag het naadje van de kous weten en vraagt dan ook naar veel details. Ze vertelt dat ze 68 jaar oud is, maar dat ze graag op de hoogte blijft hoe alles reilt en zeilt. Als ware pelgrims dragen de broers met plezier hun steentje bij.

Als Wim en Joost op een camping staan, genieten ze graag van het comfort van stoel en tafel. Op één camping na (die in Tours), is dat altijd nog gelukt. In Frankrijk konden ze daar heel goed in het Frans om vragen, maar nu in Spanje is het een heel ander verhaal. Los Vandermalos spreken geen Spaans en de gebarentaal beheersen ze ook niet. Wim krijgt een goed idee. Hij pakt een blaadje uit het notitieboekje, tekent daarop twee tentjes naast elkaar, daaronder een tafel en twee stoelen. Met deze schets gaan ze op zoek naar de campingbaas.

Twee stoelos en los tafelos, por favor

Twee stoelos en los tafelos, por favor

Ze laten de tekening zien aan de campingbaas, wijzen eerst op de tentjes en vervolgens op zichzelf. Daarna wijzen ze op de tafel en stoelen en dan wijzen ze naar hem. Nogmaals wijzen ze op de stoelen en daarna wijzen ze op zichzelf. De campingbaas kan er wel om lachen en zegt “Si, si” en nog iets wat de broers niet verstaan. De broers willen duidelijk maken dat ze de tafels en stoelen morgen terug zullen brengen, maar nog voordat ze “mañana” hebben gezegd is het al in kannen en kruiken. Bij deze campingbaas kunnen de broers niet meer stuk, en dat is wederzijds.

Geplaatst in Spanje 2011 | Een reactie plaatsen

Urdos – Berdún

Joost en Wim hebben vannacht weer heerlijk geslapen, vlak naast het ruisende riviertje dat langs de camping loopt. De tenten zijn weer kleddernat van de condens; het is weer een koude nacht geweest. Ze zitten op een hoogte van 760 meter. Deze dag zullen ze over de Col du Somport gaan en het vooruitzicht stemt niet zo vrolijk. De broers weten namelijk dat er vanaf hier tot de Col du Somport geen enkele meter vlak zal zijn. Vanaf de camping naar het dorp alleen al krijgen ze 12% voor de kiezen. Goeiemorgen!

De winkel voor brood is nog gesloten, maar de aardige mevrouw doet hem voor onze pelgrims een kwartier eerder open. Gewapend met twee broden en een doos muesli-repen gaan Wim en Joost het gevecht met de berg aan. Vanuit Urdos moeten ze 880 hoogtemeters overwinnen.

De eerste zes kilometer hebben een gemiddeld stijgingspercentage van 7%. Daarna wisselt het tussen de 8% en 10%. Na iedere 120 hoogtemeters die de broers overwinnen, wordt er kort gepauzeerd. Ze dronken een glas, deden een plas, maar het hellingspercentage bleef wat het was.

Tijdens één van deze pauzes passeren een stuk of acht trikes, deze motoren rijden bergopwaarts met aan hun trike complete travelsleepers gekoppeld. Een uitbundig gezelschap dat de broers vrolijk toezwaait. Joost en Wim denken dat dit misschien ook iets is voor Izaak en Riet; dan kunnen ze de vouwfietsen met pensioen sturen.

Na iedere stop wordt het zwaarder. De krachten nemen langzamerhand af. Rond 12:00 staan de broers met een voldaan gevoel op de top van de Col du Somport. Die overwinning moet gevierd worden! Na een uitgebreide fotosessie (met dank aan een Spaanse meneer) trakteren de broers zich op een lekker kopje Spaanse koffie met een stukje Spaanse home-made cake. Hier krijgen ze ook nog eens de eerste Spaanse stempel, een hele mooie!

Broeders aan de top!

Broeders aan de top!

Na alle inspanningen gaat het feest nu echt beginnen. De broers staan nu op 1640 meter hoogte en zullen over een lengte van 7 kilometer afdalen naar 1200 meter. Met het extra gewicht van de koffie en cake hoeven ze niet bang te zijn dat ze stil komen te staan. Joost en Wim schrijven: “Het is maar goed dat we tijdens de afdaling stevig afremden, anders waren we ’s avonds al in Santiago aangekomen.” Dat moet een fijne afdaling geweest zijn.

Op het traject Canfranc-Jaca was er opvallend veel politie op de been. De auto’s van de Guardia Civil reden overal. Op een gegeven moment dachten de broers dat iedere personenwagen begeleid werd door een een politieauto. Na Jaca werden de auto’s bijna niet meer gespot. Misschien wil de Guardia Civil indruk op je maken zodra je Spanje binnenkomt.

In Jaca willen de broers twee kerken bezoeken, maar die bleken allebei gesloten te zijn. Aan de rand van Jaca is een camping, maar die ziet er zo onverzorgd uit dat de doorgewinterde kampeerders besluiten om verder te rijden naar Santa Cilia de Jaca. Volgens het boekje is de grote camping daar het hele jaar geopend. Bij aankomst blijkt echter dat het hek gesloten is en een groot vel papier vermeldt in keurig Engels “Closed”.

Aan twee mannen, die door het hek de camping verlaten, wordt gevraagd wat er aan de hand is. Het enige dat Wim en Joost te horen krijgen is “Camping closed”. Het routeboek wordt geraadpleegd om te kijken wat nu de mogelijkheden zijn. In Berdún, zo’n 12 kilometer verderop, moet een auberge voor pelgrims zijn. De broeders gaan daarheen, want ze hebben geen zin om 16 kilometer terug te fietsen naar Jaca. Dagelijks merken de broers dat het venijn hem in de staart zit. Het prachtige dorpje ligt hoog op een heuvel. Dat is geweldig als je van het uitzicht wil genieten, maar minder prettig aan het einde van een pittige fietsdag.

De kamer in de auberge wordt geregeld. Er is een redelijk schone badkamer die met andere gasten gedeeld moet worden. De kamer van de broers is ook netjes en het beddegoed is fris en schoon. De slaapzakken kunnen dus ingepakt blijven. Het keukentje is niet veel soeps, Wim trekt een extra handdoek uit de linnenkast en legt deze over het tafeltje zodat ze daaraan kunnen eten. De fietsen mogen ook binnen staan, en wel in de voorraadruimte van het hotel waarvan de auberge een onderdeel is. Ze staan daar goed tussen de dozen frisdrank, een baal uien, paprika’s, een vriezer vol vlees en vis en aan de balken hangen gedroogde worsten.

In de loop van de avond komen er nog twee Franse gasten bij. Zij krijgen de kamer met het tweepersoonsbed. We eten ’s avonds pasta met lekkere verse groentes en verse worstjes (uit eigen voorraad!). Een mooi einde van een warme, zonnige dag.

Geplaatst in Frankrijk 2011, Spanje 2011 | Een reactie plaatsen